Hooby is een begrip onder bedrijven die aan slootonderhoud doen. De specialistische graafmachines lenen zich er bijzonder goed voor. Met de MH 115 voegde de fabrikant een al even bijzondere machine toe.
Hobelman Halle, de fabrikant van Hooby graafmachines, heeft haar oorsprong evenals talloze andere Belgische en Nederlandse landbouwmachinefabrikanten op een loonbedrijf. Aanvankelijk hield de vader van de huidige eigenaar Marco, Dirk Hobelman, melkkoeien in een gebied met veel sloten en watergangen.
Slootonderhoud rondom het bedrijf
Die moesten natuurlijk onderhouden worden en ook moesten de kanten gemaaid worden. In de jaren ‘60 en ‘70 van de vorige eeuw deed hij dat met een graafmachine met een maaikorf. Als loonwerker begon hij dat ook voor waterschappen te doen en vanwege de herverdeling en herinrichting van percelen in het kader van de ruilverkaveling, werd dat werk steeds uitgebreider.
De toegang tot slootkanten en sloten geschiedde veelal (met tegensputteren van de landbouwers) via landbouwgrond want de 1,2 tot 1,5 m smalle schouw- en maaipaden waren te smal voor de gebruikte machines. Dat zette Dick Hobelman, die ondertussen ook een mechanisatiebedrijf met een goede werkplaats had, aan het denken.
Opgebouwd rondom maaikorf
Geïnspireerd door de graafmachine sloeg hij aan het denken. Twee belangrijke eisen waren dat de machine smal moest zijn en goed overweg moest kunnen met een maaikorf. Om die redenen paste hij geen bestaande machine aan maar ontwierp hij naar eigen inzichten een geheel nieuwe graafmachine rondom de maaikorf. Dat leidde er onder meer toe dat motor en hydrauliekpompen in de onderwagen verdwenen en, bijzonder en belangrijk, de giek niet voor maar naast de cabine kwam te staan.
“Bij maaikorven vanaf een smal pad direct naast een sloot wil je tot aan de machine kunnen werken. Dat krijg je met een offset giek geplaatst vóór de cabine niet voor elkaar”, zegt Marco Hobelman die de machines sinds medio jaren ’90 ontwerpt. Van de destijds slechts 1,4 meter brede machine met rupsonderstel zijn er sinds die tijd aanvankelijk drie en tegenwoordig zo’n zeven per jaar afgeleverd. Goed voor een totaal van inmiddels 120 stuks.
Hooby
De naam Hooby bedacht de moeder van Marco en zijn broer Hans die zelf een loonbedrijf in cultuurtechniek heeft. “In die tijd waren namen als Berky en Smalley gekend en dat verbasterden wij tot Hooby.”
Achtste generatie Hooby LC 90
Inmiddels is de achtste generatie van de Hooby LC 90 in productie. Een productie die gekenmerkt wordt door veel componenten naar eigen ontwerp. Zelfs de giekdelen, die niet uit kokers bestaan maar uit speciaal gelast plaatstaal, zijn eigen ontwerp.
Voor de oorspronkelijke activiteit, maaikorven, ontwikkelde Hobelman een speciale gepatenteerde draaigiek waarmee de maaikorf in één soepele beweging recht achter de machine kan worden geleegd op het schouw-/maaipad. Het vereenvoudigt ook het transport met de maaikorf gedraaid naast de hoofdgiek.
Automatisch hoogte houden
De Hooby LC 90 generaties verschillen onderling vooral op het gebied van hydrauliek en motorisering. De huidige LC 90 Megatronic VIII heeft sinds 2016 een Yanmar Fase V-motor met 70 pk aan boord. Hobelman startte al vroeg met elektrisch gestuurde ventielen, Canbus controllers en sensoren in de hydrauliekcilinders voor feedback van de positie van de giekdelen.
Dat laatste, en de behoefte om te maaikorven op een constante hoogte boven de bodem van sloten en watergangen om zo het bodemleven te sparen, leidde tot de ontwikkeling van het zogenoemde Faunatronic systeem. Hiermee kun je met slechts één joystick/hand de giek aansturen terwijl het systeem zorgt voor de juiste geometrie van de giek zodat de maaikorf automatisch bijvoorbeeld tien cm boven de bodem blijft zweven. Eenmalig de bodem aantikken is voldoende voor een goede werking.
Hydradig van JCB
Omdat Hooby’s breder ingezet worden dan voor maaien en maaikorven, toonde Hobelman zijn systeem in 2014 ook op de Nederlandse Technische Kontaktdagen (TKD), de vakbeurs voor grondverzet en sloopmaterieel. Zijn stand werd erdoor niet alleen overlopen door gebruikers, maar ook door graafmachinefabrikanten. Zo ook de JCB-importeur die de fabriek in Engeland inlichtte en Marco Hobelman raakte in gesprek met JCB. Aanvankelijk liep dat op niets uit totdat JCB in 2016 de nieuwe Hydradig voorstelde. “Ik was blij verrast door dit concept met net als bij onze Hooby, de motor en hydrauliekpompen in de onderwagen.”
Introductie MH 115
Het concept van de JCB Hydradig sprak Hobelman aan omdat hij altijd al graag een mobiele graafmachine volgens het Hooby-concept wilde ontwikkelen en eveneens verder wil verbreden. “De Hooby LC 90 is wel multifunctioneel inzetbaar maar kent ook z’n beperkingen door het rupsonderstel. Mijn voorwaarden, de draaikrans in het midden van de machine en de giek naast de cabine, vind je echter alleen op grotere graafmachines vanaf vijftien ton. Maar die zijn te zwaar en hebben te kleine wielen voor cultuurtechnische werkzaamheden”, betoogt Hobelman.
In de lichtere JCB Hydradig zag hij wel potentie maar wilde ervoor zijn eigen bovenwagen ontwikkelen. Met de Hydradig onderwagen, eigen hydrauliek en bediening, eigen giek, een eigen uitschuifbaar contragewicht en een verder naar voren geplaatste cabine met volglas vooruit ontstond de Hooby MH 115. De giek heeft de verhoudingen en capaciteiten van een vijftien-tons machine gecombineerd met een elf-tons binnendraaier.
Multifunctionele mobiele graafmachine
Met de eigen hydrauliek en bediening inclusief het tot Gradertronic omgedoopte Faunatronic systeem ontstaat een multifunctionele mobiele graafmachine die meer kan dan menig ander. Zo zijn er hydrauliekaansluitingen voor derde functies als rijdend maaien en maaizuigen. De MH 115 mag officieel een aanhangwagen trekken van tien ton (met schuifblad) of dertien ton (zonder schuifblad) en kan zelfs voorzien worden van een fronthef. De transportsnelheid is, JCB-eigen, maar liefst veertig km/u.
De toekomst is elektrisch
Automatisering of eigenlijk gebruiksgemak staat bij Hooby graafmachines vanaf het begin hoog in het vaandel. Gradertronic kwam al ter sprake, net als de derde giek of draaigiek, maar eveneens is er het automatisch verder rijden na het legen van de maaikorf. Afhankelijk van de breedte daarvan, bijvoorbeeld 5,0 m, rijdt de machine automatisch 4,8 m verder.
De volgende generatie Hooby’s heeft Marco Hobelman in zijn hoofd en ontwerpen al voorzien van elektrische aandrijving. “Mijns inziens leent het Hooby LC 90 concept zich daarvoor ideaal. We gaan ‘m elektrificeren met twee accupakketten in de onderwagen en vier elektromotoren. Elk accupakket is goed voor zes uur werken en als een accu leeg is, verwijder je ‘m zelf met de giek en plaats je een vervangende volle accu. Overheidssubsidies zijn bepalend voor de markt voor zo’n machine en ik verwacht mede daardoor in 2023 een eerste prototype voor te stellen.” Voor de Hooby MH 115 heeft hij ook al duurzame plannen: “JCB is erg actief met dieselmotoren die ook op waterstof kunnen draaien en met een brandstofcel als alternatief voor de dieselmotor. Dat zie ik wel zitten.”
Specificaties Hooby graafmachines
Tekst: René Koerhuis, Seppe Deckx
Beeld: René Koerhuis, Seppe Deckx, Gerard Kastelein, fabrikant