Meer eiwit van eigen bodem, dat is de uitdaging waar we de komende jaren voor staan. Van 60% naar 65% eiwit, waar gaan we beginnen? Tijdens de conservering gaat er vaak meer eiwit verloren dan noodzakelijk is. Hieronder volgen enkele tips.
Natte snede
Vooral bij een natte snede – minder dan 35% DS – is toevoeging van een enkelvoudig werkende inoculant noodzakelijk. Met enkelvoudig wordt hier bedoeld een inoculant die alleen werkt op de conservering zoals PIONEER® 1188. De 6 bacteriestammen van Pioneer® 1188 zorgen in natte omstandigheden voor een snelle pHdaling. Door een snelle daling van de pH wordt minder energie en eiwit afgebroken en hebben we minder NH3 in de kuil. Ook zorgt een snelle pH daling ervoor dat boterzuurbacteriën zich in de kuil nauwelijks kunnen ontwikkelen.
Snelle conservering
In kuilen boven de 35% drogestof, wordt meestal gewerkt met een combimiddel zoals PIONEER® 11G22. Deze middelen zorgen voor een snelle conservering en onderdrukken broei en schimmelvorming. In droge kuilen voorkomt een snelle conservering de omzetting van suikers in ethanol. Onderzoek van ID-Lelystad wees uit dat met de inzet van Pioneer inoculanten in droge kuilen de inkuilverliezen meer dan halveerden (-/- 61%).
Lage temperatuur in de weken voor het maaien
Lage temperaturen bij het inkuilen hebben invloed op het aantal van nature aanwezige melkzuurbacteriën op het gewas. Dit geldt vooral bij lage nachttemperaturen. Ook hier is het raadzaam de natuur een handje te helpen door toevoeging van extra melkzuurbacteriën.
Voorkom broei en schimmelvorming
Gecombineerde middelen zoals PIONEER® 11G22 bevatten naast conserveringsbacteriën ook bacteriestammen die azijnzuur en propionzuur maken. Deze stoffen zorgen ervoor dat bij toetreding van zuurstof broei- en schimmelvorming worden onderdrukt. De ontwikkeling van gisten (broei) en schimmels zijn niet alleen afhankelijk van het uitgangsmateriaal. Broei is ook vaak bedrijfsafhankelijk. Voersnelheid, compactie van de kuil en de methode van uitkuilen zijn de factoren die het intreden van zuurstof beinvloeden. Bij hardnekkige broei is Pioneer® 11A44 ons advies.
Inzet van PIONEER® silage inoculanten in gras
Voor meer informatie, neem contact op met onderstaande contactpersonen of vul onderstaand formulier in:
Zuid- en West-Nederland
Eugène Houben
Mobiel: 06 – 51 35 11 33
Noord- en Oost-Nederland
Oscar Koppelman
Mobiel: 06 – 10 34 75 72