Het Deense Hardi is een echte veldspuitenspecialist. Vooral de introductie van de Twin-luchtondersteuning legde het bedrijf geen windeieren. De Navigator en de Commander zijn momenteel de belangrijkste getrokken modellen voor de Benelux.
Markten verdeeld
Qua verkoopaantallen en populariteit verschillen de Belgische en Nederlandse markten sterk van elkaar. Volgens Tom Vossen, van importeur Distritech, is de Navigator het meest verkochte model bij Belgische loonwerkers. Dit houdt tevens in dat zij minder ervaring hebben met de Twin-luchtondersteuning omdat die bij de getrokken modellen enkel leverbaar is op de Commander. Die Commander is dan weer het populairst in Nederland, aldus productspecialist Ron Smit van importeur Homburg. Ooit was de verdeling Navigator – Commander er 1:1, maar met name de regelgeving ‘duwde’ gebruikers richting luchtondersteuning en mede daardoor is de verhouding 1:10 geworden.
De Navigator kent tankgroottes van 3.000, 4.000, 5.000 en 6.000 liter waarbij de 3.000 liter het populairst is bij boombreedtes tot 27 m en een boombreedte van 39 m meestal samengaat met een 5.000 l tank. De Navigator is er sinds dit jaar ook als SmartCom uitvoering en dat wil zeggen dat de elektronica Isobus uitgevoerd is en er per individuele dop in- en uitgeschakeld kan worden. Bij de Commander wordt de 4.500 l uitvoering het meest gekozen in combinatie met een Twin Force spuitboom van 33 of 34 m breed. Hiernaast zijn ook tankinhouden van 3.300, 5.500 en 7.000 l leverbaar.
Verschillen in spoorvolging
De Navigator is uitgerust met de bekende disselbesturing. Hardi vond naar eigen zeggen een oplossing om het typische kantelgevaar tegen te gaan door de schoonwatertank boven de as te plaatsen en die as in de dissel onder een hoek naar achteren te plaatsen, zoals de voorvork van een fiets. Hierdoor verplaatst het zwaartepunt zich bij het sturen naar achteren en neemt het kantelgevaar af.
De Commander heeft een bijzonder spoorvolgingssysteem genaamd SafeTrack. Het combineert volgens de fabrikant het principe van disselbesturing met dat van fuseebesturing zonder de typische nadelen van beide. Bij het SafeTrack-principe scharnieren de as met daarbovenop de 500 l grote schoonwatertank en de boom rond een draaipunt onder de hoofdtank. Hierdoor verplaatst het zwaartepunt van de tank zich en dient het als tegengewicht in heuvelachtig terrein.
Water en lucht
De oorsprong van Hardi ligt bij de eigen zuigermembraan- ofwel diafragmapompen. De fabrikant gaat er prat op dat ze zelfaanzuigend zijn – maar dat zijn alle zuigermembraanpompen – en vooral dat ze droog kunnen draaien zonder schade op te lopen. Hiermee wordt bedoeld dat de pomp vet-, en niet oliegesmeerd is. Dit moet pompolie in de spuitleidingen voorkomen en het onderhoud vereenvoudigen. Het onderhoud beperkt zich tot om de 50 uur 35 gram Hardi vet toedienen via de twee vetnippels aan de voorzijde.
Hardi vond in 1987 de Twin Force luchtondersteuning uit. Het Twin Force systeem had aanvankelijk één ventilator totdat de werkbreedte groter werd dan 24 m. Sindsdien zijn het bij boombreedtes van 24 – 36 m twee ventilatoren. De uitstroom opening van de luchtzak en de dophouders staan onderling onder een vaste hoek. Het geheel is via een aantal actuators naar voren (stekend) en naar achteren (slepend) te kantelen naargelang de omstandigheden.
Luchtondersteuning biedt verschillende voordelen voor zowel gewas, teler, loonwerker als milieu. Dat begint bij de doppen en de driftreductie: 50% driftreducerende doppen worden in combinatie met lucht 97,5% driftreducerend en 75% driftreducerende doppen worden zo 99% driftreducerend. Er wordt al snel ruim 50% minder water gebruikt en de vuistregel is 25% minder middel. Meer capaciteit en lagere kosten dus. Verder kun je langer aan het werk blijven als de windkracht toeneemt. Ook qua investering geeft Twin Force een voordeel, namelijk 13% MIA/Vamil in Nederland en 30% VLIF in België.