De toekomst voor de Europese landbouw oogt overwegend rooskleurig de komende tien jaar. De toegevoegde waarde van de Europese landbouwproducten, de innovatiekracht en de flexibiliteit van onze familiale landbouw moeten ons het komende decennium een competitief voordeel opleveren ten opzichte van andere wereldspelers. Mogelijke obstakels zijn een hoge olieprijs, nadelige wisselkoersen of handelsbelemmeringen. Vooral in China liggen heel wat mogelijkheden, aldus Tassos Haniotis, directeur Economie binnen het directoraat-generaal Landbouw van de Europese Commissie.
In zijn analyse van de toekomstperspectieven voor de wereldwijde landbouwhandel, kijkt Haniotis vooral naar de Verenigde Staten (in 2011-2013 handelsoverschot van 45 miljoen euro) en Europa (handelsoverschot van 15 miljoen euro) als grote ex- en importeurs van landbouwproducten; en daarnaast ook naar Brazilië (handelsoverschot van 73 miljoen euro) en China (handelstekort van 57 miljoen euro) als belangrijke spelers. Hij merkt daarbij op dat de Chinese wonderjaren met jaar na jaar dubbele groeicijfers voorbij zijn, en dat India China binnenkort zal bijbenen wat economische groei betreft.
De Griekse agronoom presenteerde zijn voorspellingen voor de periode 2014-2024 op basis van een Europees rapport dat daarover werd gepubliceerd eind vorig jaar. "Ondertussen is de olieprijs sterk gedaald", zegt hij daarover. "Zo snel kan het gaan, en zo relatief zijn ook voorspellingen. Want vaak wordt de invloed van de olieprijs op de landbouwmarkten schromelijk onderschat. Vergeet niet dat de landbouwsector wereldwijd de meest energie-intensieve sector is."
Wat melk betreft, ziet het er volgens Haniotis bijzonder goed uit voor de EU: "Melk blijft nog zeker tien jaar het witte goud", zo klinkt het hoopvol. "Ook al is de prijs momenteel wat minder, de wereldwijde vraag zal blijven aantrekken. Ik verwacht prijzen die stabiel zullen blijven rond 350 euro per ton." Vervolgens voorspelt Haniotis dat de melkproductie zich verder zal concentreren in de gebieden waar de productiekosten het laagst liggen. Daar hoort ook Europa bij, al zal het moeten opboksen tegen een sterke concurrentie, en zal het ook steeds meer rekening moeten houden met milieubeperkingen. Hoe dan ook ligt er in China een "geweldige" kans voor Europa, aldus Haniotis.
Wat vlees betreft, lijkt het er voor de varkens- en vooral voor de pluimveesector goed uit te zien. In tegenstelling tot de Europese situatie, waar de vleesconsumptie de komende tien jaar verder zal dalen, wordt wereldwijd een aanzienlijke stijging van het vleesverbruik verwacht. Dat brengt heel wat exportopportuniteiten met zich mee en zou volgens Haniotis ook voor een gunstige prijsevolutie moeten zorgen. De Europese productiecijfers voor varkensvlees zullen quasi stabiel blijven, terwijl de pluimveeproductie stevig zal stijgen. Kip is in vergelijking met varkens- en rundvlees ook de enige vleessoort die zich min of meer staande zal kunnen houden op de Europese markt.
Lees hier de marktvoorspellingen voor 2014-2024
Bron: www.vilt.be